Bufferstaten voor het Westen
Over de westerse politiek in de Centraalaziatische republieken.
Author: redactie redactie
<BR><BR>De aanval van islamitische terroristen op het WTC in New York en het Pentagon in Washington, 11 september 2001, heeft de machthebbers in Centraal Azië krachtige argumenten bezorgd voor hun politiek van binnenlandse onderdrukking. Hun landen vormen immers de frontlijn met Afghanistan, Pakistan en Iran waarvandaan het islamitische gevaar dreigt. Grensbescherming en binnenlandse stabiliteit in de Centraalaziatische republieken zijn nu westerse belangen geworden.
Dat blijkt alleen al uit de verhoogde westerse aanwezigheid in de regio. Amerikaanse en ook Nederlandse militairen gebruiken bases in Oezbekistan en Kyrgyzstan, Shell heeft grote contracten gesloten met betrekking tot olie- en gasvoorraden in Kazachstan en Turkmenistan. En als voorzitter van de OVSE plaatste Nederland in 2003 Centraal Azië hoog op de agenda en reisden diplomaten veelvuldig naar Almaty, Bishkek, Tashkent, Dushanbe en Ashchabad.
Wat is veiligheid het Westen waard? Steunen westerse regeringen en bedrijven foute regimes of gebruiken ze hun invloed om despoten in te tomen? En wat zouden ze kunnen of moeten doen?<BR><BR>
Een debat met<B> Ron Strikker</b> (adjunct-hoofd OVSE-taskforce ministerie Buitenlandse Zaken), <B>Robert Templer</b> (Azië-directeur International Crisis Group), <B>Yevgeny Zhovtis</b> (advocaat en mensenrechten-voorvechter uit Kazachstan) en <B>Neil Carmichael</b> (strategisch adviseur bij Shell International).<BR><BR> o.l.v. radiojournalist <B>Chris Kijne.</b><BR><BR>Taal: Engels.